Primaire inhoud van de pagina
Entity view (Content)
Entity view (Content)
Methodes van waardebepaling
Voor de opmaak van een waardebepaling van uw installatiebedrijf worden gewoonlijk een aantal waarderingsmethodes gehanteerd die elk bijdragen tot de waardebepaling van uw onderneming, nl. de substantiële waarde methode en twee rendementsmethodes, nl. de verdisconteerde kasstroom (“discounted cashflow”, ‘DCF”) methode en de multiple methode).
1. Substantiële waarde methode
In eerste instantie wordt de substantiële waarde of het gecorrigeerd boekhoudkundig eigen vermogen van uw onderneming ingeschat. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de laatste beschikbare jaarrekening. Kortweg wordt in deze methode de marktwaarde van het eigen vermogen geschat door de boekwaarden van de individuele balansposten te corrigeren naar hun marktwaarde. Deze correctie is nodig omdat er een verschil kan bestaan tussen de boekhoudkundige en bedrijfseconomische waarde.
Zo kan uw onderneming bijvoorbeeld in het bezit zijn van een onroerend goed dat een lagere boekhoudkundige waarde heeft dan de geschatte marktwaarde (aangeleverd door bijv. een erkend schatter). Hierbij zou bij een potentiële realisatie de boekwaarde ruim overschreden worden.
Het verschil tussen (i) de totale activa na eventuele meer- en/of minderwaarden en (ii) de schulden en voorzieningen na eventuele meer- en/of minderwaarden, geeft dan de substantiële waarde. Hierbij moet u ook rekening houden met de fiscale impact op de eventuele meer- en/of minderwaarden.
Deze methode is dus het resultaat van een statische boekhoudkundige berekening maar houdt geen rekening met de toekomstige rendementen die de aanwending van deze activa zou kunnen opleveren.
De substantiële waarde mag ook niet verward worden met het begrip “liquidatiewaarde” omdat een liquidatie dikwijls plaatsvindt in omstandigheden die het bekomen van een correcte verkoopprijs voor de activa niet bevorderen. De liquidatiewaarde is dus in de meeste gevallen significant lager dan de substantiële waarde, die rekening houdt met een bedrijf in “going concern”.
De substantiële waarde moet omzichtig geïnterpreteerd worden omdat men bij de bepaling van de substantiële waarde geen rekening houdt met de waarde van onder meer de goodwill, klantenportefeuille en technologische voorsprong.
2. Verdisconteerde kasstroom methode
Bij deze eerste rendementsmethode waarderen we uw onderneming op basis van de vrije kasstromen die uw onderneming realiseert.
In eerste instantie moet de genormaliseerde vrije kasstroom van uw onderneming worden bepaald. De vrije kasstroom is het geld dat beschikbaar is na de investeringen (bijv. aankoop van gereedschap) die nodig zijn om de activiteit van uw onderneming uit te voeren. Hierbij worden alle kosten en opbrengsten die een uitzonderlijk of éénmalig karakter hebben uit de gebruikte cijfers gefilterd of “genormaliseerd”. Als geen gebudgetteerde cijfers beschikbaar zijn worden de laatste drie afgesloten boekjaren als basis gehanteerd.
Vervolgens wordt de waarde van de toekomstige jaarlijkse vrije kasstromen berekend op waarderingsdatum door deze te actualiseren aan de hand van een verdisconteringsvoet die rekening houdt met het gewenste rendement die de overnemer op de investering verwacht.
Tenslotte moet de geschatte waarde nog verrekend worden met de netto financiële kaspositie. Dezepositie wordt berekend door de liquide middelen te verminderen met de financiële schulden.
3. Multiple methode
Bij deze tweede rendementsmethode wordt de waarde van uw onderneming geschat door te vergelijken met gelijkaardige beursgenoteerde ondernemingen of vergelijkbare transacties in de markt.
Bij deze methode wordt in eerste instantie een selectie gemaakt van (i) beursgenoteerde installatiebedrijven en (ii) vergelijkbare transacties binnen uw sector. Dit resulteert in een “peer” groep. Op basis van publieke informatie wordt voor deze “peer” groep een factor (multiple) . Vervolgens wordt deze multiple vermenigvuldigd met een relevant kerncijfer, doorgaans de EBITDA. Dit is een maatstaf voor de brutowinst van uw onderneming is de winst vóòr aftrek van interesten, belastingen en afschrijvingen.
Tenslotte, net zoals bij de DCF methode, verrekenen we de geschatte waarde met de netto financiële kaspositie.
4. Conclusie van de waardering
Om dan uiteindelijk tot een indicatieve waarde te komen van de onderneming wordt een gewogen gemiddelde waarde van de drie besproken waarderingsmethodes gehanteerd.
Financiële haalbaarheid
Een ander aandachtspunt naast de waardering van de onderneming is de financiële haalbaarheid van het financieren van de overnameprijs. Het vinden van de gepaste financieringsoplossing is immers een belangrijke succes factor voor kandidaat-kopers.
- Traditioneel bestaat de financiering uit een bancaire en niet-bancaire component. Bancaire component: op basis van de prognoses/budgetten voor de komende jaren kan een ervaren accountant inschatten hoeveel u ongeveer kan lenen bij de bank. In het klimaat van stijgende marktrentes en een hoge liquiditeit in de markt bestaat in het financieringslandschap nog altijd appetijt om – mits een kwalitatief dossier (met bijv. stabiele kasstromen, aanwezigheid van tastbare activa, een zekere grootte van de onderneming, etc.) – een gepaste financieringsoplossing voor de geplande overname te vinden.
- De niet-bancaire component wordt gebruikelijk ingevuld via beschikbare eigen middelen en/of een (achtergestelde) lening van derde financiers/investeerders. Hierbij worden – waar nodig – aangepaste terugbetalingsmodaliteiten onderhandeld.
Algemeen kunnen we stellen dat vandaag zowel verkopers als kopers vandaag kunnen rekenen op een gunstig marktklimaat.
Tot slot
Het kader waarin een waardebepaling gehanteerd wordt kan divers zijn. De prijs kan ook afwijken van de waarde: De waardering is immers het gevolg van mathematische berekeningen uitgevoerd volgens de bepaalde methodes. De prijs kan hiervan afwijken omwille van de onderhandelingen tussen partijen, de aard van de transactie en de kopende partij, de randvoorwaarden en garanties, de verwachtingen over de toekomst, de evolutie en transacties in de sector, etc. Verder kan de prijs ook afhangen van een aantal niet financiële aspecten of indirecte waardedrijvers zoals bijv. de verwachte evolutie van de aangeboden dienst, de kwaliteit van de bedrijfsstructuur en rapportering, enzovoort
De prijs kan dus finaal in belangrijke mate afwijken van de waarden geschat met waarderingsmethoden.
Uzelf en uw bedrijf klaarmaken voor een overdracht of verkoop is een werk van lange adem, waarvoor u best ruim de tijd neemt en zich professioneel laat bijstaan.
Auteur:
Karel Vercruysse, Director M&A & Finance bij Deloitte Private.